top of page

Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst (I)

Theme version Woo Custom Styling /Woo Custom Styling Google Webfonts Custom Favicon Woo Shortcodes CSS Custom Stylesheet

StartFragment

Een schets van het steeds rijker wordende kunstaanbod voor de jongste generatie

Voor veel kunstinstellingen zijn kinderen een belangrijke doelgroep geworden. Elk zichzelf respecterend gezelschap of instituut heeft een uitgebreide educatie-afdeling waar allerlei workshops, open dagen, lesmateriaal en speciale voorstellingen te verkrijgen zijn. In twee artikelen beschouwen we de ontwikkelingen in dit groeiende kunstaanbod voor kinderen. Na de podiumkunsten nu, volgt hierna deel twee met trends binnen de museale en bibliothecaire sector. Een introductie tot een branche die volop in beweging is.

Cultuureducatie in Nederland heeft zich in de afgelopen tien tot vijftien jaar sterk ontwikkeld. Het kunstaanbod voor jongeren heeft een inhaalslag gemaakt onder invloed van de invoering van het vak CKV (Culturele en Kunstzinnige Vorming, ingevoerd in schooljaar 1999/2000) in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs, waardoor musea, theater- en dansgezelschappen die zich tot dan toe op een volwassen publiek richtten te maken kregen met een nieuw publiek en met een groeiende vraag naar educatieve programma’s rondom het aanbod (Bron: Theatereducatie in de praktijk). Ook voor kinderen in de basisschoolleeftijd zijn er de laatste jaren allerlei interessante ontwikkelingen gaande.

Er was echter ook een tijd dat museum, schouwburg en concertzaal zich enkel richtten op de volwassen bezoeker en Kunst iets was voor de elite, ‘ter lering en vermaak’. In de tweede helft van de vorige eeuw kwam daar onder invloed van de toegenomen welvaart, de nadruk op cultuurparticipatie vanuit de overheid en de stijging van het onderwijsniveau verandering in. De aandacht voor het individu nam toe, en daarmee ook de aandacht voor de ontwikkeling en leefwereld van het kind als individu.

Halverwege de jaren zeventig startte een aantal kunst- en cultuurmusea met speciale tentoonstellingen voor kinderen en jongeren. In de jaren die volgen ontstaan er steeds meer initiatieven voor kinderen en jongeren: speciale tentoonstellingen en voorstellingen van gevestigde instituten en ook nieuwe organisaties, uitsluitend gericht op kinderen. Het blijkt het begin van een brede ontwikkeling.

Al vanaf de jaren ‘90 ontstaat er een hele schare aan jeugdtheatergezelschappen. Bonte Hond (2005), De Toneelmakerij (in 2009 ontstaan uit Huis aan de Amstel en Theatergroep Wederzijds), Het Houten Huis (2013), Jeugdtheater Sonnevanck (1990), Theater Artemis (1990) en Het Laagland (1999) zijn enkele voorbeelden. Jeugdtheater Hofplein timmert al sinds 1985 aan de weg als plek waar kinderen niet alleen naar theater kunnen komen kijken, maar het ook zelf kunnen maken. In de jaren die volgen groeit ‘Hofplein Rotterdam’, mede dankzij de tijdgeest, uit tot een brede organisatie voor jeugdtheater met lessen, educatieprogramma’s, festivals en natuurlijk theatervoorstellingen voor en door kinderen en jongeren. Ook is het een professioneel opleidingsinstituut met acteeropleidingen op havo/vwo, MBO, en binnenkort HBO-niveau.

Maas Theater en Dans – sinds 2013 een samengaan van Theatergroep Max. (2003), jeugddansgezelschap Meekers (maakt al sinds 1993 familievoorstellingen met een eigen danstaal die aanslaat bij de jeugd) en theatergroep Siberia (2009) – biedt naast allerlei voorstellingen voor specifieke leeftijdsgroepen sinds kort zelfs een handboek: ‘Eerste hulp bij theater, handboek voor iedereen die theater wil maken met kinderen en jongeren’ ter ondersteuning van docenten in het primair en voortgezet onderwijs.

Het belang van kunst die op een voor kinderen aansprekende manier gepresenteerd wordt dringt ook op beleidsniveau door: voor de periode 2017-2020 adviseert de Raad voor Cultuur een extra jeugdtheatergezelschap toe te laten tot de basisinfrastructuur, namelijk Kwatta Jeugdtheater (2002). Waar er sinds de invoering van de BIS steeds ruimte was voor acht gezelschappen, zijn dat er nu negen.

Jongerengezelschap DOX is een ander mooi voorbeeld van de vele nieuwe initiatieven voor kinderen en jongeren. Dit Utrechtse gezelschap bestaat uit een grote groep zelfstandige en veelzijdige kunstenaars die hun kennis overdragen op de nieuwe generatie. DOX neemt jongeren stapsgewijs mee in de interdisciplinaire podiumkunstwereld, zo werken ze met kunstenaars uit verschillende disciplines (theater, dans, muziek, film/ visuals en performance) en ontwikkelen zich tot performers, docenten en professionele makers.

Ook in de danswereld is het aanbod voor de jeugd toegenomen. Er is bijna geen gezelschap meer te vinden zonder professionele educatie-afdeling. Ook zijn er dansgezelschappen speciaal voor de jeugd bijgekomen. Project Sally Maastricht bijvoorbeeld, dat in 2005 wordt opgericht, is een modern dansgezelschap van jonge dansers dat zich vol overgave richt op de jeugd en een publiek van ‘jong, jongeren en iedereen jong van hart’ aan zich wil binden.

Het balletgezelschap Introdans heeft al sinds 1989 twee professionele ensembles: een voor volwassenen en een voor jong publiek. Introdans Educatief is een zelfstandige Introdans-poot met eigen dansers, eigen choreografie en een eigen artistiek leider. Dit ensemble, later Introdans Ensemble voor de Jeugd genoemd, maakt in tien jaar tijd een vergelijkbare professionalisering door als moederensemble Introdans. Tegenwoordig beschikt Introdans ook over een educatie-afdeling die allerhande projecten organiseert: Introdans Interactie. Gespecialiseerde dansdocenten verzorgen elk jaar honderden workshops, doe-mee-lessen en projecten op scholen, in theaters in binnen- en buitenland en voor speciale doelgroepen.

Het Rotterdamse Scapino Ballet is in dit opzicht extra bijzonder: dit gezelschap werd oorspronkelijk opgericht als jeugddansgroep. In 1945 togen twaalf, door de oorlog uit training geraakte, dansers aan het werk onder de bezielde leiding van de kleurrijke Hans Snoek – die eigenlijk dirigent wilde worden – en kunstenaar Nicolaas Wijnberg. In een achterhuis aan de Keizersgracht bedachten ze dat dans een lach op bleke gezichten van oorlogskinderen zou kunnen toveren. Nederland had zijn primeur: Scapino was ’s werelds eerste professionele balletgezelschap voor kinderen. Hoewel het gezelschap zich in de loop der jaren meer is gaan richten op een volwassen publiek bleef de combinatie dans en jeugd erg belangrijk voor het gezelschap. Met een breed aanbod van workshops voor leerlingen uit het primair en voortgezet onderwijs, een Scapino Dansdag en een Culturele Dag Rotterdam biedt het nog steeds tal van mogelijkheden voor kinderen en jongeren om in aanraking te komen met dans.

Geen kunstvorm lijkt tegenwoordig nog te hoog gegrepen of te ingewikkeld voor kinderen: het Rotterdams filmfestival heeft een Kids Only-dag en ook Poetry International presenteert een Poetry for kidsprogramma. Het Concertgebouw in Amsterdam en TivoliVredenburg in Utrecht programmeren met veel succes een serie kinderconcerten met klassieke muziek (Bron – Boekmanstichting). Oorkaan oogst veel lof met theatrale concerten met topmusici voor kinderen tot en met twaalf jaar terwijl Sneeuwvonk met veel enthousiasme beeldend muziektheater maakt voor een jong publiek.

Ook gevestigde gezelschappen als Nationale Opera & Ballet, Holland Opera en Toneelgroep Amsterdam, die doorgaans werk maken voor volwassenen, organiseren tegenwoordig workshops, lesmateriaal en speciale voorstellingen voor kinderen in de basisschoolleeftijd. Toneelgroep Amsterdam produceert sinds 2002 zelfs jaarlijks een juniorproductie: een jongerenversie van een TA-voorstelling voor een jeugdig publiek. 20 speciaal geselecteerde jonge spelers worden hierbij geregisseerd door twee theatermakers van de afdeling educatie en spelen zo’n 18 maal in een professionele setting hun versie van een echte voorstelling van Toneelgroep Amsterdam.

Het moge duidelijk zijn: wie de jeugd heeft, heeft de toekomst. Het is goed te zien dat veel culturele organisaties hun best doen deze jonge doelgroep te bereiken en daar steeds beter in slagen. Het kunst- en cultuuraanbod voor kinderen wordt zo steeds rijker én passender. Behalve goed voor de instellingen is dit natuurlijk ook ontzettend goed én inspirerend voor de jeugd zelf. De methodes en plannen blijven maar komen en de wisselwerking tussen beiden lijkt nog lang niet ten einde. Op naar de toekomst!

StartFragmentBron afbeelding: OorkaanEndFragment

Deze tekst verscheen eerder op Culturele vacatures

EndFragment


bottom of page