Suzanne de Bekker: veelzijdig danseres
- Nienke Piena
- 18 jan 2015
- 7 minuten om te lezen
Suzanne de Bekker is o.a. opgeleid aan de Theaterschool in Amsterdam en The Ailey School in New York. Ze danste onder meer bij Conny Janssen Danst en in de nieuwste productie van Luc Petit in Singapore: Peter Pan - The Never Ending Story. Ze vertelt over haar leven als danseres.
Jong geleerd...
Ik volgde mijn eerste balletles op mijn vierde. Ik was een heel energiek kind dat altijd dansjes aan het opvoeren was. Ballet leek mijn moeder daarom een goed idee, voor mijn houding en zodat ik mijzelf, met al mijn woeste energie, kon leren opvangen wanneer ik viel. Ik ben begonnen op de amateurschool en ik heb daar heel wat jaren les gehad van Dorris Titulair.
Op mijn dertiende ben ik naar de Dansacademie in Den Haag gegaan. Dit was behoorlijk pittig aangezien ik uit Grubbenvorst kom in Limburg en ik in een gastgezin moest gaan wonen. Uiteindelijk bleek de school ook niets voor mij. Ik heb daar wel iets heel belangrijks geleerd: namelijk dat ik van dansen dolgraag mijn beroep wilde maken. Vervolgens kwam mijn moeder erachter dat er heel dicht bij huis een vooropleiding was, de Artez Vooropleiding Dans Venlo. Hier heb ik auditie gedaan bij Liesbeth Wiertz en werd ik aangenomen.
Naast mijn Havo volgde ik op de vooropleiding iedere dag lessen ballet, modern en jazz. Ik zat in een hele leuke, gepassioneerde klas met allemaal meiden met grote dromen. Ik paste daar heel goed tussen. We pushten elkaar om hard te werken en waren aan elkaar gewaagd. Ik heb daar een heerlijke tijd gehad.
Dansen zit ook een beetje in mijn familie: mijn nicht Nina Wollny is altijd een groot voorbeeld voor mij geweest. Ik heb het ādanserlevenā een beetje bij haar af kunnen kijken. Nina ging ook naar Codarts, en daarna is ze begonnen bij Anouk van Dijk Dance Company en nooit meer weggegaan. Ze treedt nog steeds regelmatig op met het gezelschap. Ik bewonder mijn nicht enorm. Naast het dansen geeft ze ook les in Countertechniek, ik volg haar les regelmatig. Ik ga ook naar haar toe voor advies; het is heel fijn om ervaringen uit te wisselen.
The best of both worlds
Na de vooropleiding was het een logische stap om ook een HBO dansopleiding te gaan doen. Ik twijfelde erg over wat voor mij de juiste opleiding zou zijn, want ik was naast moderne/hedendaagse dans ook erg geïnteresseerd in commerciële dans en musical. En in Nederland is er geen opleiding waar dit allemaal op hoog niveau gegeven wordt. Ik ben toen eerst naar Codarts gegaan, op advies van de directrice van mijn voor opleiding, en ook omdat de opleiding erg goed aan geschreven stond.
Maar toen ik daar eenmaal zat merkte ik dat ik meer wilde dan alleen moderne dans. Na een jaar ben ik daarom overgestapt op de Theaterschool in Amsterdam. Daar kreeg ik naast alle danstechnieken ook privƩ- en koorzang, spel, tapdans en musicalrepertoire. Ik vond de afwisseling fantastisch. Na verloop van tijd begon ik de moderne dans toch weer te missen. In het laatste jaar van mijn Bachelor ben ik daarom naar New York gegaan, om aan alles wat mij interesseerde te kunnen werken. Ik kreeg een scholarship bij The Ailey School en heb daar qua danstechniek een enorme boost gekregen. Buiten The Ailey School volgde ik veel lessen in commerciƫle dans, musicalrepertoire, zang en spel. Ook deed ik overal audities voor moderne gezelschappen, videoclips voor bekende zangers en voor Broadway.
Ik heb door die ervaring geleerd dat ik echt een allround perfomer ben die van zang, spel en alle dansvormen houdt, maar dat ik in mijn hart toch vooral een moderne danseres ben. Ik realiseerde me na mijn studie dat ik een keuze moest gaan maken tussen beide āwereldenā, maar dat eigenlijk helemaal niet wilde. Ik heb toch nog toe dus eigenlijk altijd beiden gedaan; van dansgroep Foltz +Company, tot de musical Monthy Pythons Spamalot, het Internationaal Danstheater, De Nederlandse Opera, de MTV Awards, Conny Janssen Danst en Peter Pan.
Menselijk en tastbaar
Conny Janssen Danst is een gezelschap dat ik al van jongs af aan ken omdat we op de vooropleiding verplicht waren om alle dansvoorstellingen te gaan kijken die er in de Maaspoort kwamen. We zagen dus een paar keer per jaar Introdans, het Nederlands Danstheater en het Nationaal Ballet, maar óók Conny Janssen Danst. Het eerste stuk dat ik van Conny gezien heb was Rebound. Ik kende toen alleen maar de meer neoklassieke stukken van de andere gezelschappen. Die vond ik wel mooi, maar ik kon mezelf daar nooit echt helemaal tussen zien; het paste niet helemaal bij mij. Rebound opende mijn ogen: zo kon het dus ook! Ik vond het vernieuwend, creatief, heel menselijk en tastbaar. Dat leek me wel wat. Ik ben het gezelschap altijd blijven volgen.
Toen ik vorig jaar was aangenomen voor de musical Grease om anderhalf jaar te touren door Europa, waar ik erg veel zin in had, zag ik dat er bij Conny Janssen Danst een auditie was voor een contract voor een danseres. Dat móest ik proberen. Ik begon zonder verwachtingen aan de auditie. De auditie liep erg goed en ik werd tot mijn verbazing aangenomen. Toen was de keuze snel gemaakt. Ik heb de musical afgezegd en ben begonnen bij Conny Janssen Danst.
Werken bij Conny Janssen Danst
Het is me goed bevallen bij het gezelschap. Ik werd uitgedaagd om ook andere kanten van mezelf te ontwikkelen. Ik kwam mezelf daardoor ook vaak tegen. We mochten veel materiaal creƫren, dat is soms ook lastig. Bij een musical is er een choreograaf of een regisseur, en die weet precies wat hij of zij wil, je hebt dan bijna geen inspraak. Je kunt soms wel een idee aanbrengen, maar je maakt zeker geen eigen werk. Bij Conny Janssen Danst kreeg ik juist de opdracht om dingen te maken, vaak met weinig uitleg; je werd erg vrij gelaten. Dat is aan de ene kant heel fijn, maar het is ook moeilijk, juist vanwege al die vrijheid. Ik heb liever wat kaders. Ik moest echt op onderzoek uit, en ik bleef vaak na de repetities nog in de studio om dit verder te ontwikkelen door middel van improvisatie. Ik gaf mezelf bepaalde opdrachten of bekeek ander werk, waardoor ik nieuwe impulsen kreeg en deze kant van mezelf kon laten groeien. Ik merk wel dat ik steeds beter in word in het creƫren, en mijn eigen bewegingstaal begin te ontwikkelen, maar het is een langzaam proces. Gelukkig heb ik ook van collegaatjes gehooord dat zij hier vroeger ook moeite mee hadden. Uiteindelijk is het juist heel tof dat je zoveel eigen inbreng hebt, want hierdoor zie je je eigen bewegingen weer terug in de voorstelling.
Wat mij erg aanspreekt in het werk van Conny Janssen is dat ze vaak op locatie werkt en gebruik maakt van live muziek. In het theater ben je toch beperkter, want die ruimte blijft altijd hetzelfde. Op locatie krijg je van je omgeving alleen al zoveel prikkels, zodat je iedere voorstelling weer nieuwe dingen ontdekt. Ik, als muziekliefhebber, vind het super dat Conny met live muziek werkt. Je voelt de energie van de muzikanten, en die is ook iedere avond net weer anders. Deze wisselwerking houdt het interessant en scherp.
Ćn, er zit een bepaalde rauwheid in Connyās werk: het is niet zo gestileerd allemaal. In dit gezelschap zie je bijvoorbeeld dat iedere individuele danser op het toneel helemaal verschild van de rest. Je ziet die individualiteit ook terug in de choreografie; we dansen hetzelfde materiaal maar toch ziet het er bij iedereen net iets anders uit. Maar, omdat iedereen dezelfde intentie heeft, vormen we toch een eenheid. Voor mij maakt dĆ”t haar werk erg krachtig. Je bent geen onderdeeltje van het corps de ballet; je bent jezelf.
Het fijne van Conny Janssen Danst is dat iedereen erg betrokken is bij elkaar. Wanneer je even je dag niet had, was er altijd wel iemand met een luisterend oor of iemand die je steunt. Bij voorgaande ervaringen was het meer ieder voor zich. Het was heel fijn om deel uit te maken van een groep waar iedereen voor elkaar klaar staat. Ook laat iedereen elkaar in zijn waarde en is er geen strijd. Dit maakt de werksfeer heel prettig.
Dans, dans en dans
Doordeweeks, tijdens repetities of voorstellingen, doe ik daarnaast niet zo veel. Tijdens de voorstellingen zorg ik dat ik genoeg rust neem, en doe ik veel yoga; hier word ik rustig van en zo blijf ik goed in contact met mijn lichaam. Ook ga ik veel naar de sauna of neem ik extra massages wanneer ik kan, want tijdens zoān voorstellingsperiode worden bepaalde spiergroepen erg overbelast en op deze manier kan mijn lichaam weer ontspannen.
Naast het dansen doe ik graag leuke dingen met vrienden zodat ik niet allƩƩn maar bezig ben met dansen. Dat loslaten is soms lastig, want in je hoofd blijf je er toch vaak mee bezig, of krijg je nieuwe ideeƫn. Het helpt om andere dingen te doen. Ik houd erg van gezellige avonden met vrienden, concerten, musea en films; ik ga iedere week wel naar een film. Als ik aan het einde van de werkweek het theater uit loop dan probeer ik het dansen toch even uit te schakelen. Alleen zo kan ik de nieuwe voorstellingsreeks weer fris en vol nieuwe energie beginnen.
Toekomstdromen
Ik vind het heel mooi wanneer ik iemand in het publiek een bepaald gevoel kan geven, dan heb ik voor mijn gevoel mijn taak als performer volbracht. Het hoeft geen specifieke, gepremediteerde emotie te zijn, maar simpelweg dat iemand even Ʃcht kijkt, en helemaal in jouw wereld opgaat, dat vind ik prachtig. Ik vind het geweldig dat ik iemand kan vermaken met wat ik het liefste doe. Ik wil voorlopig nog graag blijven dansen. Na het dansen wil ik misschien nog een studie gaan doen maar wat dat wordt weet ik nog niet. Het zal in elk geval iets creatiefs zijn. Ik hoop in de toekomst nog in veel mooie producties te kunnen staan. Van moderne dans, tot musical, opera of commerciƫle dans. Het is lastig te combineren, maar ik geloof echt dat ik dit met veel passie en hard werken kan waarmaken. Ik hoop vooral te kunnen blijven doen wat ik het leukst vind: op het podium staan.
[ Dit interview is tot stand gekomen tijdens mijn stage marketing & publiciteit bij Conny Janssen Danst 08/2013 ā 07/2014 ]
Kommentare